De geschiedenis van Ierland: tijdperk van de Vikingen
Tussen circa 795 en 900 na Christus was het tijdperk van de Vikingen in Ierland. Met de komst van de Noormannen kwam een einde aan een rustige tijd met voorspoed. De eerste invallen vonden plaats rond 795. Noorse schepen vielen het eiland Lambay, dat voor de kust van Dublin ligt, binnen. Hierop volgde een periode van plundering en vernieling. In deze 40 jaar werden bijna alle kloosters die langs de kust lagen vernield en geplunderd. In eerste instantie beperkten de invallen zich tot de kuststreek. De kloosterlingen probeerden zich te wapenen tegen de Noormannen door hoge torens bij de kloosters te bouwen. De ingang van de torens lang hoog boven de grond. Dit soort torens werd gebruikt als uitkijkpost en klokkentoren.
Steeds meer invallen
In 827 begonnen de Vikingen met het stichten van woonplaatsen en handelsposten. In dit jaar kwamen grote konvooien van Noorse Vikingschepen naar Ierland. De handelsposten die langs de kust waren gevestigd werden later belangrijke steden zoals Dublin en Cork. Vanuit deze nieuwe nederzettingen werden nieuwe delen van Ierland aangevallen. Waar de invallen zich eerst nog tot de kust beperkten, werden deze nu verder uitgebreid naar delen van het land die tot dusver veilig waren gebleven. De Noormannen voeren via de meren en rivieren Ierland binnen.
Invloed op ontwikkeling en economie
Uiteindelijk had de komst van de Vikingen ook positieve gevolgen. De eerste steden van Ierland werden door de Noormannen gesticht. Deze steden waren in eerste instantie handelshavens, maar zij kregen snel een grote invloed op de economie van Ierland. De handel groeide en werd belangrijk in het land. Ook werd er voor het eerst geld gebruikt. De Vikingen waren dus verantwoordelijk voor de invoer van de geldeconomie. Dublin werd een belangrijk handelscentrum en de rijkste stad. De Noorse legerleider Olaf de Witte maakte Dublin in 870 tot de hoofdstad van zijn kolonie. De Noormannen hadden dus een grote invloed op de geschiedenis van Ierland.
Invloed op de kunst
De Vikingen hadden niet alleen invloed op de ontwikkeling en economie van het land, maar ook op de kunst. Zij brachten een eigen decoratiestijl mee die de Urnesstijl wordt genoemd. Deze stijl bevat motieven met verstrengelde dieren, zoals windhonden en slangen. De motieven zijn organisch van vorm en bevatten veel krullen. Deze tekeningen zijn gevonden op historische overblijfselen van grote waarde. Een van de overblijfselen is de stenen sarcofaag bij Rock of Cashel, in de Cormac’s Chapel. Een andere is het Kruis van Cong, dat inmiddels in Dublin in het Ierse Nationale Museum te vinden is.
Brian Boru
Brian Boru was in het begin van de elfde eeuw Hoge Koning van Ierland. Zijn moeder en een groot deel van zijn stam werden vermoord door de Noormannen. Als leider van een klein leger leidde hij een aantal guerrilla-aanvallen tegen de Vikingen. De Noormannen uit Dublin kwamen met plaatselijke strijdkrachten tegen Boru in opstand. Dit leidde tot een veldslag in Clontarf. Deze slag werd door Boru gewonnen, maar hij werd toch nog vermoord door een soldaat van de vijand.